Kinderen ontdekken de wereld om hen heen en wij als leerkrachten helpen hen een breder wereldbeeld te ontwikkelen. We geven wereldoriëntatie, door het SLO gedefinieerd als een verzamelnaam voor alle vormen van onderwijs die gaan over het verkennen van de natuur en de maatschappij. Kinderen hebben over het algemeen een grote liefde voor het dierenrijk met elkaar gemeen en daarom staan in dit blog vijf nieuwe boeken centraal die verhalen vertellen over de diversiteit van het dierenrijk.
Het eerste boek is een prentenboek op rijm, geschreven door Pam Ayres en werkelijk prachtig geïllustreerd door Nicola O'Byrne. Het boek vertelt het verhaal van Olivier de Otter. Olivier ontmoet het ottervrouwtje Olivia tussen het riet en al snel worden zij een paar. Olivier en Olivia krijgen een nest jongen en als de jongen groot genoeg zijn, kunnen ze niet wachten om te spelen in de rivier. Een schattig liefdesverhaal dus, maar wel met een serieuze ondertoon, want otters kunnen niet leven in water dat vervuild is door de mens. Het prentenboek draagt dan ook de boodschap uit dat er goed voor de natuur gezorgd moet worden.
"Olivier de otter" is een liefdevol prentenboek met schitterende realistische prenten van Nicola O'Byrne en is verschenen bij Veltman Uitgevers. Pam Ayres geeft in haar verhaal ook diverse feitjes over het leven van een otter, zonder dat deze het verhaal verstoren. Zo leren we dat otters onder water hun oren en neus afsluiten, dat een otter een marterachtige is en heel veel neefjes heeft, dat zeeotters hand en hand slapen om niet weg te drijven en dat otters overal leven, behalve in Australië en Antarctica. En voor wie nog meer weer weten over de otter, is aan het eind van het boek een dubbele pagina vol informatie opgenomen.
Waar Pam Ayres met haar het prentenboek "Olivier de Otter" gekozen heeft voor een realistische invalshoek, speelt Annemarie van der Eem met haar prentenboek "De fantastische vijf" juist meer in op de levendige fantasiewereld van kinderen. Het prentenboek is verschenen bij Uitgeverij Lemniscaat en vertelt het verhaal van Noor en haar broertje Mans, die samen met papa op safari gaan in Afrika. De ranger vertelt dat ze op zoek gaan naar de Grote Vijf: de neushoorn, de buffel, het luipaard, de olifant en de leeuw. Terwijl de kinderen vanaf de achterbank speuren naar de Grote Vijf, is Noor vastbesloten de dieren eerder te zien dan haar broertje.
Noor ziet inderdaad de Grote Vijf: een neushoorn die staat te hoelahoepen, een buffel met ballonnen aan zijn hoorns, het luipaard en de olifant die samen aan het zwemmen zijn met een badmuts op en de leeuw die zijn manen kamt met een roze kam. Mans lijkt niet goed op te letten. Telkens als hij opkijkt, zijn de dieren net verdwenen. Mans ziet dus helemaal niets, of toch wel?
De illustraties in dit boek zijn van Dorien Brouwers en zij heeft de fantasie van Noor prachtig weten te combineren met de meer realistische beelden van de Afrikaanse savanne. Want wie de afbeeldingen goed bekijkt, kan heel veel dieren ontdekken en zelfs de Grote Vijf spotten. Het boek is enerzijds een ode aan de fantasie van kinderen, maar anderzijds juist aan de opmerkzaamheid van kinderen voor de meest kleine dingen, want Mans heeft vijf kleine kriebelbeestjes ontdekt in de jeep: de fantastische vijf. Een leuk voorleesboek dus, waarbij de kinderen zich heerlijk mee kunnen laten slepen in de fantasiewereld van Noor, maar een boek dat ook uitdaagt om net zo opmerkzaam te zijn als de kleine Mans.
Het derde prentenboek dat ik onder de aandacht wil brengen is "Hertje gaat de zon achterna", geschreven door Joanna McInerney en geïllustreerd door Quang en Lien. Het prentenboek is verschenen bij Veltman Uitgeverij en het woord dat het beste bij dit boek past is verwondering. Verwondering over de schoonheid van de natuur.
Hertje weet zeker dat de zon het mooiste is dat hij ooit heeft gezien, maar elke avond wanneer de zon ondergaat en de vogels stilletjes op hun nest zitten en de rozen slap gaan hangen, wordt Hertje verdrietig. Hij is bang in het donker. Hertje wil graag weten waar de zon elke avond naartoe gaat en neemt het dappere besluit om op zoek te gaan naar de plek waar de zon ondergaat.
Hertje komt langs bloemenvelden en beekjes, door dichte bossen en langs scherpe rotsen en baant zich zelfs een weg door sneeuw en ijs. Overdag is Hertje vrolijk, maar wanneer de zon ondergaat en alles donker wordt, is Hertje bang, wat voor veel kinderen herkenbaar zal zijn. Na een lange weg ontmoet Hertje een grote witte uil, die Hertje vertelt dat hij de zon niet nodig heeft, want als het donker is, is de maan de vriend die je helpt. Hertje kijkt vol verwondering omhoog en ziet voor het eerst de prachtige maan en de miljoenen twinkelende sterren aan de hemel staan.
Hertje keert terug naar huis en kan nu voor het eerst genieten van de schoonheid die de natuur hem 's nachts biedt: van de vleermuizen en de uilen, de egels en de vuurvliegjes. Terwijl we Hertje volgen op zijn zoektocht naar de plek waar de zon ondergaat en hij de schoonheid van de natuur in al haar verschijningsvormen leert kennen en waarderen, groeit Hertje uit tot een volwassen mannetjeshert. De illustraties van Quang en Lien zijn al even verwonderend als de zoektocht van Hertje. De prenten ademen een haast nostalgische sfeer uit, met een vleugje folklorisme, met veel kleurrijke bloemen. Een prachtig prentenboek dus, dat veel kinderen tot de verbeelding zal spreken.
Sophie van der Stap is bekend geworden met haar boek "Het meisje met negen pruiken". Nu heeft zij met het boek "Haaienhelden, alles over de bazen en beschermers van de zee" haar eerste kinderboek geschreven, waarin zij haar liefde voor de zee en schrijven combineert. Het boek is een informatief leesboek voor kinderen, boordenvol informatie over de haai en is verschenen bij Fontaine Uitgevers. Haaien zijn fascinerende dieren, waarvoor veel mensen bang zijn. Sophie van der Stap was zelf ook ooit bang van haaien, zo bang dat ze de zee niet eens in durfde. Inmiddels heeft zij die angst overwonnen en op diverse plekken op de wereld met haaien gezwommen. In haar boek deelt ze haar kennis over haaien met kinderen.
Haaien bevolkten de wereldzeeën al voor de dinosaurussen en het is dan ook niet voor niets dat de haai het machtigste roofdier van de oceaan is geworden. De rode draad in het boek is het verhaal van de haai Elem, die vertelt over zijn belevenissen in de oceaan. Het verhaal wordt afgewisseld met diverse haaienweetjes, superpowers en een tiental verhalen over haaienhelden, zoals het verhaal van de onderwaterfotograaf Rob, die tijdens zijn werk geconfronteerd werd met illegale haaienvangst.
Rob besluit om films te maken over de illegale praktijken van de vissers in Costa Rica, die haaien vangen om hun vinnen te verkopen. Rob gaat op uitnodiging van kapitein Peter aan boord van het schip Sea Shepherd, zodat hij de misstanden rond de handel in haaienvinnen kan filmen. Rob en de bemanning worden echter opgepakt (en gelukkig ook weer vrijgelaten). Dankzij de inspanningen van deze haaienheld, zijn er veel nieuwe wetten en regels ingevoerd voor de bescherming van haaien.
Dit is slechts één van de verhalen die we kunnen lezen in "Haaienhelden". Sophie van der Stap wil met haar boek duidelijk maken dat haaien niet gevaarlijk zijn, maar juist zelf in gevaar zijn. Haaien zijn onmisbaar voor het gezond houden en het voortbestaan van de oceanen, dus we moeten deze bijzondere dieren beschermen. Het boek is rijkelijk geïllustreerd met diverse foto's en prenten en voorzien van een voorwoord van niemand minder dan Freek Vonk.
Haaien leefden als soort al in de tijd voor de dinosaurussen, maar een haai zelf wordt maar zo'n 30 jaar. De Groenlandse haai kan echter wel 400 jaar leven! In het informatieve boek "Onze tijd op aarde" van Lily Murray dat is verschenen bij uitgeverij Lemniscaat, kunnen we alles lezen over de verrassende levensduur van 28 uiteenlopende dieren. Het boek begint met de kort levende eendagsvlieg en eindigt met de onsterfelijke kwal. In het boek kunnen kinderen lezen over de levens van diverse dieren. Naast bekende dieren als de grizzybeer, de oerang-oetang en de Afrikaanse olifant, maken we ook kennis dieren zoals zoals de Labord's kameleon op Madagaskar, die het grootste deel van zijn leven doorbrengt als ei en uiteindelijk maar 5 maanden oud wordt. En zelfs totaal onbekende dieren, zoals de Axolotl, een salamander die leeft in de wateren rond Mexico-stad en tussen de 10 en 15 jaar oud wordt. Op elke dubbele pagina is het levensverhaal van een ander dier opgetekend, voorzien van prachtige realistische illustraties van kunstenaar Jesse Hodgson.
De huidige generatie kinderen groeit op in een tijd waarin de noodzaak tot de bescherming van de natuur zeer duidelijk is. Veel dieren staan op het punt uit te sterven, waardoor het belangrijker is dan ooit om de diversiteit en de schoonheid van het leven te zien en te delen met een nieuwe generatie Dit is dan ook de boodschap die Lily Murray wil doorgeven met haar boek. Maar er is hoop en soms gebeuren er onverwachte dingen, zoals op de Galapagos eilanden, waar in 2019 een gezond vrouwtjes reuzenschildpad werd aangetroffen van een soort, waarvan men aannam dat deze al ruim 100 jaar was uitgestorven.
Kinderen zullen genieten van de verhalen en prenten in dit boek. Wil je er klassikaal mee aan de slag gaan? Bekijk dan zeker de uitgebreide lesbrief die is te vinden op de website van uitgeverij Lemniscaat.
Wil je meer lezen over één van deze boeken? Klik hier: