Deze maand kwam bij uitgeverij Gottmer het prentenboek "Brave Hond! Stoute Kat!" van Bette Westera en Mies van Hout uit. Een prachtig boek vol versjes over de aard van het beestje. Op tegenover elkaar gelegen pagina's, worden telkens twee dieren belicht. Soms lijken de dieren qua uiterlijk op elkaar, maar is hun karakter totaal verschillend. Zo kom je in dit boek niet alleen een brave hond en een stoute kat tegen, maar ook een geduldige spin en een rusteloze bromvlieg en net varkentje en een slordige wolf. De versjes van Bette Westera zijn humoristisch en geven telkens een treffende omschrijving van het karakter van het dier, ofwel de aard van het beestje. Een aantal versjes kun je als raadsel lezen, omdat in de tekst de naam van het dier niet wordt genoemd.
De prachtige, kleurrijke illustraties zijn gemaakt door Mies van Hout. Dit boek zal zeker tot de verbeelding spreken van heel veel kinderen en juffen en meesters natuurlijk. Het is een boek dat je er als juf of meester altijd even bij kunt pakken, om een versje voor te lezen of een gesprek over verschillen in karakter tussen mens en dier te illustreren. Welke karaktertrekken herkennen de kinderen bijvoorbeeld bij zichzelf? Dit boek is ook een leuke introductie van het begrip tegenstellingen. Persoonlijk vind ik dit echt een supermooi uitgevoerd prentenboek en verdient het een plaatsje in de boekenkast van elke leerkracht en kleuter. Klik hier voor de tips die Mies van Hout schreef bij dit prentenboek.
In het prentenboek "Het Poesje Dat Niet Kon Spinnen" (Uitgeverij Luister) van Judy West en Tim Warmes is al een wat ouder boek. De Nederlandse vertaling stamt uit 1999, maar het boek zal alle kleuters zeker aanspreken. Het boek draait om een ongeduldige kitten, dat nog niet kan spinnen. Mama poes zegt dat haar kleintje rustig moet afwachten, maar de kitten gaat op onderzoek uit op de boerderij. Aan alle dieren die de kitten tegenkomt, vraagt ze of het dier haar kan leren spinnen. Als eerste vraagt ze het aan de hond. De hond laat zijn geblaf horen, terwijl op de achtergrond de koe al toekijkt, die op de volgende bladzijde haar geloei laat horen. De kinderen kunnen zo al ontdekken, naar welk dier het poesje nu gaat. Via het jonge poesje dat niet kan spinnen, ontdekken de kinderen heel veel boerderijdieren en hun geluiden. Als het poesje uiteindelijk teleurgesteld terugkeert bij haar mama en lekker tegen haar aankruipt, gebeurt het opeens vanzelf: ze begint tevreden te spinnen.
Wat minder leerzaam, maar zeker zo leuk, is het prentenboek "Kat en Muis - een verhaal met 'n gaatje" (Uitgeverij Zirkoon) van Christyan en Diane Fox. Muis heeft trek in een lekker stukje kaas, maar moet op zijn weg naar de kaas, wel Kat te slim af zijn. Het verhaal is is niet erg uitgebreid, maar de rijmende tekst is grappig en ondersteunend aan de al eveneens humoristische illustraties. Muis maakt bijvoorbeeld een bootje van een stuk zeep en roeit met een tandenborstel rond in de wastafel, of glijdt van een banaan. De allerkleinsten zullen de duidelijke prenten met felle kleuren, zeker waarderen. Zoals de ondertitel al aangeeft, zitten er in dit boek gaatjes in de bladzijden, waardoor je telkens een stiekeme blik kunt werpen op de glurende kat of spelende muis. Op de laatste bladzijde komt Muis gelukkig weer veilig aan in zijn holletje, dat volstaat met al zijn veroveringen.
Het vierde prentenboek met een parmantige kat op de kaft, is "Tangramkat" (Uitgeverij Lemniscaat) van Maranke Rinck en Martijn van der Linden. In het boek krijgt een jongen die zich zit te vervelen, een Chinese tangram puzzel. Een puzzel met maar zeven stukjes, maar je kunt er alles van maken. De blauwe tangram puzzel waar de jongen mee aan de slag gaat, zit achterin het boek, zodat de kinderen de figuren die te zien zijn in het boek, ook zelf kunnen leggen. De ik-figuur maakt als eerste een kat, gevolgd door een huis, een vis en een hond. De figuren worden eerst afgebeeld als blauwe tangram, waardoor de kinderen kunnen raden wat er gemaakt is, gevolgd door een pagina waarop het gemaakte figuur prachtig is ingekleurd. Door het leggen van de tangrams, ontstaat een wonderlijk fantasie verhaal waarin allerlei dieren voorkomen. Het boek biedt natuurlijk voldoende aanknopingspunten om met de kinderen in klas aan de slag te gaan met geometrische vormen en de tangram zelf, maar ook een gesprek over het begrip vervelen is een mooie insteek. Want juist vanuit verveling, kunnen de mooiste creatieve ideeën ontstaan.
"Tangramkat" is leuk voor kleuters, voor ook zeker voor oudere kinderen. In de rekenmethode Pluspunt 4 wordt dit boek ook aangeraden om te gebruiken bij de introductie van de tangram in groep 3. Behalve de rekenkundige invalshoek, vind ik dit prentenboek ook uitermate geschikt om de begrippen abstract versus realistisch aan te bieden in een beeldende les. Klik hier voor enkele lessuggesties op de website van Lemniscaat.
Zelf maakte ik ook een aantal bestanden om in de klas aan de slag te gaan met de tangram:
